Op 12 mei zoek de waterkant op, op zoek naar libellen. Eigenlijk een verwarrende naam. De orde der libellen (orde Odonata) bestaat namelijk uit twee onderorden: de juffers (onderorde Zygoptera, hetgeen ‘gelijkvleugeligen’ betekent) en de ‘echte’ libellen (onderorde Anisoptera, hetgeen ‘ongelijkvleugeligen’ betekent). De ‘echte’ libellen worden meestal echter kortweg libellen genoemd. Met deze kennis inmiddels paraat ontmoet ik deze dag de onderorde juffers!



Dat de determinatie van deze juffers niet eenvoudig is mag blijken uit bovenstaande foto’s, allen azuurwaterjuffers. Natuurlijk is daar het verschil tussen mannen en vrouwen. En dan heb je nog de diverse stadia wat je bijvoorbeeld ziet op de laatste foto. Ook een man maar eentje die nog verder blauw gaat kleuren.
De azuurwaterjuffer is een kleine, zeer slanke libel met een maximale spanwijdte van 5 cm. De soort is tussen de 33 en 35 millimeter lang. Zoals de meeste soorten van het geslacht Coenagrion is ook de azuurwaterjuffer zoals ik al zei moeilijk op naam te brengen. Kenmerkend is de hoefijzervormige zwarte vlek op het tweede achterlijfssegment. De vrouwtjes komen in een donkere en een lichte variant voor.
Het afzetten van de eitjes na de paring vindt in tandem plaats. Hierdoor verhindert het mannetje dat het vrouwtje door concurrenten bevrucht wordt. Het vrouwtje zet de eitjes in waterplanten af.
De eitjes hebben twee tot vijf weken nodig om larve te worden. De larven overwinteren en sluipen na een jaar uit tussen mei en augustus met de grootste aantallen in juni. De imagenes (volwassen dieren) hebben een maximale levensverwachting van vier weken.
BRON: Wikipedia (https://nl.wikipedia.org/wiki/Azuurwaterjuffer).


Het lantaarntje (Ischnura elegans) is een 30 à 34 mm grote juffer die in vrijwel heel Europa algemeen voorkomt. In Nederland en België komt de soort zeer algemeen voor. Het lantaarntje voelt zich in alle zoetwater thuis en komt vaak bij vijvers, maar ook in brakwater wordt hij soms waargenomen. De larve kan vrij goed tegen watervervuiling wat een groot voordeel is op andere soorten. Het vliegseizoen loopt van mei tot september met toppen eind mei en begin augustus.
De paring kan uren duren. De mannetjes zijn, zoals bij alle libellen het geval is, in staat het sperma van eventuele voorgaande concurrenten te verwijderen. Het vrouwtje zet de eitjes na de paring af in waterplanten en begeeft zich daarbij soms helemaal onder water. Ze wordt bij deze activiteit niet door het mannetje begeleid, zoals wel gebeurt bij de azuurwaterjuffer.
De larven komen snel na het afzetten uit. Ze voeden zich met andere larven, onder andere van juffers en vliegen. De ontwikkeling tot imago duurt meestal één jaar, maar onder gunstige weersomstandigheden kan dit ook in drie maanden gebeuren. De imago heeft maar kort de tijd om een volgende generatie te produceren: de mannetjes leven gemiddeld vijf dagen en de vrouwtjes elf.
BRON: Wikipedia (https://nl.wikipedia.org/wiki/Lantaarntje)